Carnac

Vandaag was een grijze dag. We beslisten om naar de megalieten van Carnac te gaan kijken. Om Iris een beetje te sparen besloten we om een rondje met de trein te doen door het dorp, Trinite-sur-Mer en de homo sapiens stenen. In het treintje waren gelukkig alle rijen afgesloten van elkaar en was iedereen verplicht om tijdens de volledige rit zijn/haar mondmasker aan te houden. Line was in de wolken. Ze haaft oude stenen gezien!

Daarna reden we naar Quiberon om daar in de Bar de Marine een zevruchten schotel te nuttigen. Ze hadden geen volledige zeevruchten schotel, maar een Assiette de Marine met wulken, scampi’s, langoustines en oesters was wel mogelijk. We vulden dit aan met een bordje schelpdieren waarvan de naam mij alweer ontsnapt (ik heb hem nochthans een keer of drie gehoord). Daarna aten we Sint-Jacobsvruchten met een puree van zoete aardappel, Iris een roggevleugel en Bart een entrecote. Bart dacht vermoedelijk dat dit ook een vis was :-). Maar hij heeft wel zijn Frans een beetje kunnen oefenen met de cafébazin met de gevleugelde woorden ‘Boshoer citron’!

Na dit heerlijke maal begon het zowaar te regenen en zijn we teruggereden naar ons huisje. Daar hebben we boerenbridge (door sommigen Chinees Poepen genoemd) gespeeld. Bart won… ‘s Avonds konden we genieten van een perfect in de oven opgewaardeerd stokbrood dat bart NIET liet aanbakken.

Ik vond zowaar nog een Frans biertje, gebrouwen van schotse mout dat gerookt geweest is boven de turf. Lekker, maar geen topper…

Iris van de dag: ‘Waar is mijn rugzak nu naar toe? Iris, kijk eens op uw rug!’